fbpx

2. Strategie bepalen

Beleggen zonder strategie is behoorlijk dom. Toch gaan veel beginnende beleggers zonder duidelijk plan aan de slag. Het resultaat: vroeg of laat worden ze teleurgesteld en eindigt hun beleggingsavontuur.

Het is dus belangrijk om voordat je begint een duidelijke strategie te bepalen. Hoe die strategie eruit ziet, is voor iedereen anders. Je leeftijd, vermogen en het gewenste rendement spelen daarbij een rol. Maar ook de hoeveelheid risico die je bereid bent te nemen, heeft invloed op je beleggingsstrategie.

Vandaag ga je een strategie bepalen. Schrijf hem ergens op, zodat je hem op een later moment kunt raadplegen. Hoe je dat precies vormgeeft, maakt niet heel veel uit. Het is namelijk een persoonlijke strategie.

Ik ga je hieronder een aantal vragen stellen. Misschien twijfel je nog over de antwoorden. Dat geeft niet. Gaandeweg kun je de strategie bijschaven en waar nodig aanpassen. Zie het als een eerste opzet.

Bepaal je vrij belegbaar vermogen

Vrij belegbaar vermogen is het geld dat je de komende jaren niet nodig hebt, minus eventuele schulden. Dat geld staat nu waarschijnlijk ergens op een spaarrekening niets te doen. Het is belangrijk dat dit jouw geld is en dat je het kunt missen.

Jouw persoonlijke situatie bepaalt je vrij belegbaar vermogen. De volgende 2 voorbeelden maken dat nog duidelijker.

Voorbeeld 1: Tessa

Tessa heeft € 21.000 op een spaarrekening staan. Ze heeft dit geld de komende 3 tot 5 jaar niet nodig om in haar levensonderhoud te voorzien. Tessa werkt in vast dienstverband en kan terugvallen op een WW-uitkering als ze haar baan kwijtraakt. Ze heeft geen schulden. Tessa’s vrij belegbaar vermogen is dus € 21.000.

Voorbeeld 2: Raoul

Raoul heeft ook € 21.000 op een spaarrekening staan. Hij is van plan om binnenkort een opleiding van € 4.000 euro te volgen. Raoul is zzp’er en heeft dus geen inkomsten als hij geen opdrachten binnenhaalt. Hij heeft uitgerekend dat hij daarom € 6.000 achter de hand wil houden. Raoul heeft daarnaast een creditcardschuld van € 2.000 euro. Zijn vrij belegbaar vermogen is dus € 8.000.null

Zorg er daarnaast voor dat je een buffer hebt voor onvoorziene uitgaven. De hoogte van die buffer hangt af van je leeftijd, salaris en vaste lasten. Via het Nibud kun je berekenen welk bedrag verstandig is om apart te houden als buffer.

De veiligste plek om je buffer te bewaren, is op een spaarrekening. Je kunt een deel van je buffer ook op een beleggingsrekening zitten, mits je daar makkelijk geld vanaf kunt halen. Houd er in dat geval rekening mee dat dát deel van je buffer minder waard kan worden.

Schrijf nu je vrij belegbaar vermogen bovenaan je beleggingsstrategie.

Houd rekening met je leeftijd

Veel beleggers gebruiken hun leeftijd bij het vormen van een strategie. De gedachte daarachter is simpel. Hoe ouder je wordt, hoe minder tijd je hebt om verkeerde beslissingen te herstellen. Om die reden bouwen veel pensioen-beleggingsproducten het risico langzaam af naarmate de belegger ouder wordt.

Financieel expert Eric Sacher bedacht daarom een formule voor het spreiden van je risico op basis van je leeftijd. Het is een vrij simpele rekensom die als volgt werkt:

  1. Stel je vrij belegbaar vermogen vast als 100 procent
  2. Trek daar je leeftijd vanaf
  3. Het percentage dat overblijft is het deel dat je kunt gebruiken voor relatief risicovolle beleggingen

Makkelijker gezegd: je leeftijd is het percentage dat je zou moeten gebruiken voor beleggingen die relatief weinig risico kennen. Denk daarbij aan obligaties, defensieve beleggingsfondsen of deposito-spaarrekeningen (met een relatief hoge rente).

Natuurlijk ben je niet verplicht om deze verhouding te gebruiken. Veel beleggers gebruiken hem als richtlijn. Hoe ouder ze worden, hoe minder risicovol ze gaan beleggen. Daarnaast blijven risicovol en niet-risicovol relatieve begrippen.

Schrijf nu op welk deel van je vrij belegbaar vermogen in niet-risicovolle producten belegd gaat worden.

Wat is je beleggingsdoel?

Je zou zeggen dat het antwoord op die vraag weinig uitmaakt. Geld is geld, dat heeft niet in de gaten waarvoor het gebruikt gaat worden. Toch bepaalt je beleggingsdoel in belangrijke mate je strategie.

Beleg je bijvoorbeeld voor je pensioen of de studie van je kinderen, dan is het verstandig om niet onnodig veel risico te lopen. Maar mik je op een vakantiehuisje of wereldreis, dan kun je best wat meer risico’s nemen.

Als je meerdere beleggingsdoelen hebt, bekijk dan hoe groot elk deel ongeveer is – uitgedrukt in euro’s. En hoe erg het is als het doel niet gehaald wordt. Hoe ingrijpender de uitkomst, hoe minder risico je wilt lopen. Het is natuurlijk jammer als je dat vakantiehuisje niet kunt kopen, maar dat betekent niet het einde van de wereld.

Schrijf nu je beleggingsdoelen op en noteer (1) hoe urgent ze zijn en (2) wanneer je ze bereikt wil hebben.

Rendement en risico

In algemene zin geldt: hoe groter het gewenste rendement, hoe groter het risico. Sparen levert weinig op, maar de kans dat je spaargeld verdwijnt is bijzonder klein. Datzelfde geldt bijvoorbeeld voor obligaties, al is dat al iets risicovoller.

Realiseer je dus dat het gewenste rendement onlosmakelijk verbonden is met het risico. Vraag jezelf af hoeveel risico jij bereid bent om te lopen. Die vraag is deels gevoelsmatig, maar hangt ook samen met harde feiten. Denk aan je leeftijd en de urgentie van je beleggingsdoel, zoals hiervoor besproken.

Het is nu misschien nog moeilijk om in te schatten welke rendementen realistisch zijn. Verschillende brokers geven daarover vaak een verwachting op hun website. De cijfers hieronder geven ook een aardige inschatting. Het zijn de gemiddelde jaarlijkse rendementen, gemeten tussen 1900 en 2017, na inflatie.

  • Sparen: 0,6%
  • Obligaties: 1,8%
  • Aandelen: 5%

Beleggingsfondsen lopen erg uiteen in risico en rendement. Aanbieders van fondsen laten vaak zien waarin ze beleggen, wat het verwachte (of eerder gerealiseerde) rendement is en hoe groot de risico zijn.

Andere beleggingsvormen, zoals crowdfunding of beleggen in particuliere leningen, beloven rendementen van 8 tot 12 procent op jaarbasis. Houd er rekening mee dat deze producten risicovoller zijn. De Autoriteit Financiële Markten adviseert om maximaal 10 procent van je vrij belegbaar vermogen in crowdfunding te steken.

Ten slotte zijn er zeer risicovolle producten waarmee een nóg hoger rendement behaald kan worden. Denk aan hefboomproducten die gebruikt worden om mee te speculeren. De achterliggende waarde van het product is minder interessant: de winst wordt gemaakt door de snelle koersdalingen, versterkt door een hefboom. Deze manier van handelen vereist veel oefening en is niet voor iedereen geschikt.

De handel in cryptocurrencies wordt de laatste tijd ook vaak als belegging genoemd. Dergelijke valuta worden niet gereguleerd door financieel toezichthouders, wat gevaarlijk kan zijn. Dat maakt ze – samen met de onvoorspelbare koerswijzigingen – extreem risicovol. 

Denk na hoeveel risico je bereid bent te lopen. Bij welke producten heb je een goed gevoel? Je hoeft hier nog geen harde afspraken met jezelf over te maken. Wel kun je het vrij belegbaar vermogen onderverdelen in verschillende risico-categorieën.

Op de pagina’s waarnaar hierboven verwezen is, worden specifieke brokers aanbevolen. Daar beleg ik zelf ook en heb ik goede ervaringen mee. Als je bij sommige brokers een account opent en met een bepaald bedrag gaat handelen, krijg ik een vergoeding. Dit heeft geen negatief effect op jouw account. In sommige gevallen ontvang je wél gratis transactietegoed of korting op de kosten, omdat ik je heb doorverwezen. Daar wil ik graag transparant over zijn.

Hoe wil je beleggen?

Je beleggingsstrategie wordt dus grotendeels gevormd door de hoeveelheid risico die je bereid bent te nemen. Maar daar komt nog één aspect bij: op welke manier wil je gaan beleggen?

Speculeren kan een relatief hoog rendement opleveren. Het is immers ook veel risicovoller. Realiseer je wel dat dat relatief arbeidsintensief is. Hefboomproducten worden namelijk relatief kort vastgehouden en snel verhandeld. Die manier van handelen op de beurs neemt dus vrij veel tijd in beslag.

Dat kan natuurlijk geen probleem zijn. Sommige mensen vinden het leuk om elke dag of week een uurtje hun beleggingen te beheren. Wie er heel goed in is, kan er zelfs zijn werk van maken. Maar in combinatie met een drukke baan, is het misschien minder geschikt.

Aan de andere kant van dat spectrum staat bijvoorbeeld fondsbeleggen. Daarin leg je eenmalig of maandelijks geld in, dat vervolgens voor jou wordt belegd in verschillende producten. Deze manier van beleggen kost relatief weinig tijd. Een fondsbeheerder (of computer) neemt namelijk de beslissingen.

Fondsbeleggen is niet per definitie minder risicovol. Sommige fondsen beleggen in producten of markten die een relatief hoog risico kennen. Of ze beleggen juist in één sector, waardoor er in feite weinig sprake is van spreiding. 

Dat een bepaalde manier van beleggen juist weinig tijd kost, wordt niet voor iedereen als positief ervaren. Sommige mensen vinden het juist leuk om zelf de beslissingen te nemen. En willen graag zelf hun vermogen beheren.

Bepaal voor jezelf op welke manier je wilt beleggen. Wil je er veel of weinig tijd in steken? Misschien wil je wel een deel laten beleggen en een deel zelf beheren.

Pak je rekenmachine!

Als het goed is heb je nu een aardig beeld van de (verschillende) manier(en) waarop je wilt gaan beleggen. Maak je geen zorgen: er ligt nog niets vast.

Met de verschillende beleggingsmethodes en de bijbehorende verwachte rendementen, kun je een inschatting maken van de toekomstige resultaten. Gebruik daarvoor de volgende formule. 

VERMOGEN x JAARLIJKSE GROEI ^ AANTAL JAAR BELEGGEN

Belangrijk te vermelden: als het rendement 5 procent is, dan is de jaarlijkse groei 1,05. Bij 10 procent rendement is de jaarlijkse groei 1,10. Enzovoorts.

Je vermenigvuldigt dus (een deel van) je vrij belegbaar vermogen met het verwachte rendement en doet dat tot de macht van het aantal jaar dat je gaat beleggen. Je kunt ook deze online rekentool gebruiken.

Een voorbeeld: ik wil 10.000 euro beleggen in crowdfunding. Het crowdfunding-platform belooft een gemiddeld rendement van 8 procent per jaar. Ik blijf mijn beleggingen 15 jaar lang herinvesteren in andere crowdfunding-projecten.

De formule wordt dan als volgt: 10.000 x 1,08^15 = € 31.722

Bij dit voorbeeld is geen rekening gehouden met belastingen en tegenvallende resultaten. Onthoud dat een beloofd rendement altijd anders kan uitvallen: positief en negatief.

Ben je van plan om elke maand een deel van je inkomen te beleggen? (Morgen vertel ik waarom dat heel verstandig is.) Dan wordt de formule een stuk ingewikkelder. Gebruik in dat geval deze online rekentool

Je kunt nu uitrekenen wat je vrij belegbaar vermogen ongeveer kan opleveren met de door jou gewenste beleggingsmethodes. Heb je voor verschillende soorten beleggingen gekozen – wat ik je aanraad – bereken dan voor elk deel apart de verwachte groei van je vermogen.

En, bevalt de uitkomst?

Gefeliciteerd! Je hebt nu een beleggingsstrategie. Het voelt misschien nog een beetje vaag, maar dit is een belangrijke stap. 

Misschien heb je het nog niet echt door, maar dit geeft je ongelooflijk veel inzicht in je financieel situatie. Je weet hoeveel je kunt beleggen, op welke manier je dat gaat doen en welk rendement je kunt verwachten.

Het zou natuurlijk geweldig zijn als je met de uitkomst je beleggingsdoel(en) kunt realiseren. Is dat niet het geval, dan moet je misschien een andere verdeling maken. Of je doelen bijstellen, omdat ze niet realistisch zijn. Blijf sleutelen aan je indeling totdat je een ideale uitkomst hebt.

Onthoud ten slotte dat het verwachte rendement altijd anders kan uitvallen. Belegen brengt immers risico’s met zich mee. 

Wees trots op de eerste versie van je beleggingsplan. Misschien dat je hem morgen nog iets gaat bijschaven. Dan gaan we namelijk (onder meer) kijken naar risico’s. En hoe je die zo klein mogelijk houdt. Tot dan!